Preek 22/23 maart 2025 – 3e zondag van de Veertigdagentijd

24 maart 2025

De boodschap van vandaag is tegelijk ernstig en hoopvol.

Laten we maar beginnen bij de ernst.

Belangrijke beslissingen voor jouw leven en voor de mensen om je heen kun je beter niet uitstellen. Met bekering kun je beter niet wachten. Paulus zegt ergens: “nu is het de gunstige tijd, vandaag is het de dag van het heil.”

Dat is een ernstige boodschap. Een boodschap geldig voor mij, voor u en voor jou, maar ook voor de mensheid als geheel. Waakzaamheid voor gevaren en dreigingen en vooral stappen naar vrede kun je beter niet op de lange baan schuiven. Anders kan de zaak escaleren. Hetzelfde geldt zeker ook voor het behoud van onze aarde voor de kinderen, de jongeren en de komende generaties. De aarde moet – met de beelden van de gelijkenis van Jezus – nu worden omgespit, gerepareerd, gereinigd, anders valt er niet meer te leven. Bijbels gezegd: als we te lang wachten moet de vijgenboom worden omgehakt. De vijgenboom is in de Bijbel één van de symbolen van het goede, veelbelovende land waar het gelukkig en veilig wonen is, waar de mensen van de zoete vrucht van recht, vrede, naastenliefde kunnen genieten. Als mensen zich tenminste bekeren, – menselijk, verstandig, liefdevol gaan leven.

 

Ernstig en hoopvol. De eigenaar van die vijgenboom ziet het niet meer zitten, er zijn alleen maar grote bladeren, geen vruchten. ‘Hak maar om.’ Maar de wijngaardenier, die – zou je kunnen redeneren – ook voordeel kan hebben van omhakken omdat er dan meer plaats is voor zijn wijstokken, heeft geduld.

 

God, de wijngaardenier van de aarde – verhaalt Jezus ons – geeft ons nog een kans, geeft de wijngaard, zijn volk, de mensheid nog een kans. Hij heeft geduld met de mens. Hij spit de grond van onze harten nog eens om en brengt er mest op, nieuwe groeikracht, de dauw van zijn genade, nieuwe levenskansen.

 

Ons wordt deze gelijkenis van Jezus voorgehouden op onze weg naar Pasen. Grijpen wij onze kansen tot levensvernieuwing, tot bekering, tot het maken van een nieuw begin, of laten wij alles maar een beetje voortkabbelen, op zijn beloop? Deze vastentijd is een kans tot verzoening met wie we in onenigheid leven, met wie het contact is verbroken of verslechterd; een tijd van uitpraten, van gesprek en ontmoeting, een tijd van uitpraten ook met God, in biecht en in gebed. Laat het niet zijn beloop.

 

Niet minder ernstig en hoopvol is het gesprek tussen God en Mozes in de eerste lezing, uit het boek van de uittocht, Exodus.

De situatie van Mozes en van het volk Israël is ernstig in die tijd. Mozes had moeten vluchten voor de genadeloze farao, de koning van Egypte. Hij leeft nu – staat er letterlijk – achterin de woestijn. Alsof het verhaal wil zeggen: komt dit ooit nog wel goed met hem?

 

De situatie van het volk is ook heel ernstig. Het zuchtte onder de zware onderdrukking en slavernij. De jammerklachten van de Israëlieten – u hoorde het – stegen op ten hemel. Maar er is hoop. Hun gejammer vond gehoor bij God en wel zodanig dat Hij zou afdalen om zijn volk te gaan bevrijden. Op het dieptepunt van de ellende daalt God af.

Hoe is de naam van deze God? Ik ben die Ik ben. Ik ben erbij. Ik zal er zijn.  Ik blijf niet hoog verheven in mijn hemel zonder grenzen, maar Ik daal af, ik heb de jammerklachten van de mensen gehoord, Ik ken hun lijden.

 

God is dus geen beeld waarvoor je je moet neerwerpen, maar Hij deelt ons soms ernstige bestaan. In Jezus, zijn Zoon, kent Hij niet alleen ons lijden, Hij neemt het zelf op zich en gaat eraan te gronde. Om het door zijn goddelijke kracht te overwinnen en de dood uiteindelijk te ontwapenen en te doden. Met die ernst en met die hoop voor ogen en in ons hart zijn wij onderweg naar Pasen. Pelgrims van hoop. Amen.

 

pastoor Nico van der Peet

Andere berichten

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Vul onderstaand formulier in en we sturen jou de maandelijkse nieuwsbrief per mail toe!