
Verkondiging in de Sint Jansbasiliek, 1/2 februari 2025 Opdracht van de Heer in de tempel (1 Maleachi 3, 1-4; Hebreeën 2, 14-18; Lucas 2, 22-40)
Vandaag vieren het feest van drie generaties, die elkaar ontmoeten in de tempel, die meest heilige plaats. Zoals ook de kerk als het goed is een ontmoetingsplaats is van alle generaties. Een bijzonder moment is altijd het binnengaan van kinderen in de kerk, hun hoge kreten door de gewelven van onze basiliek. Wat een zegen wanneer alle generaties aanwezig zijn.
In de joodse godsdienst was het gebruik op de veertigste dag na zijn geboorte het kind naar de tempel te brengen. Het moest aan de Heer worden toegewijd en tot een vrij, verlost mensenkind worden gemaakt. Zoals bij ons door de doop. Er werd een simpel offer gebracht, dat vooral bestemd was voor de positie van de moeder. Na de kraamtijd trad zij weer voor het eerst naar buiten en nam zij weer deel aan de samenleving en de geloofsgemeenschap. Daarom draagt dit feest ook twee namen: Opdracht van de Heer in de tempel én Maria Lichtmis.
Drie generaties. Er zijn niet alleen de ouders en het kind. Er zijn ook twee senioren aanwezig: Simeon en Hanna. In Jezus’ tijd was dat heel gewoon, getuigt de heilige Schrift. In onze tijd is dat niet evident. Er is eerder een neiging de generaties van elkaar te scheiden. Ook al zie je soms families waarvan de generaties dichtbij elkaar wonen; waar de oudste generatie haar eigen plek heeft maar toch dichtbij, om er voor elkaar te zijn, naar elkaar omziend, verzorgend, oppassend, in gesprek. Wat een mogelijkheden geeft dat en wat een rijkdom.
Simeon wacht het eenvoudige gezin op: “een wet-getrouw en vroom man die Israëls vertroosting verwachtte, en de heilige Geest rustte op hem.” Hij bevindt zich in de laatste fase van zijn leven. De dood zou hem niet treffen, hoorden wij, voordat hij de Gezalfde, Christus zou hebben aanschouwd. Nu gebeurt het. Die ontmoeting met de veertig dagen oude Jezus is voor hem de bekroning van zijn leven. Dan zingt hij zijn loflied, (dat het koor dadelijk, bij de Communie zal zingen): “Nunc dimittis, Laat nu, Heer, uw dienaar maar in vrede gaan: mijn ogen hebben uw heil gezien.” Zo ontspannen gaat Simeon ook met de naderende dood om. Zijn leven heeft een doel: niet om rijkdommen te verwerven maar om iemand, en wel Christus te ontmoeten. Daarvoor gaan ook wij de kerk binnen: om Christus te ontmoeten, de Gezalfde, de Zoon van God. Wij horen zijn Woord, ontvangen Hem in de eucharistie, de Communie.
Ook de hoogbejaarden zijn aanwezig. Maria en Jozef houden het Kind niet alleen voor zichzelf. Het kind niet als een krampachtig vastgehouden bezit, maar als een geschenk, voor het gezin, de familie, oud en jong en voor de gemeenschap. Wat moet een samenleving toch beginnen als volwassenen helemaal voor zichzelf kiezen; wat moet een maatschappij zonder nieuw geboren kinderen?
Maria en Jozef dragen het Kind de gemeenschap binnen. Het kind behoort tot iets groters dan alleen de intimiteit van het eigen gezin. Vroeger was dat ook bij ons heel gewoon. Al vlug na de geboorte brachten de ouders of soms alleen de vader (omdat de moeder nog thuis moest blijven), het pasgeboren kind naar de kerk. Het is niet alleen kind in dit gezin, maar ook in het grote gezin van de geloofsgemeenschap van de kerk. Zoals het gelukkig nog steeds gebeurt, ook in onze gemeenschap, dat ouders hun kinderen de kerk binnenbrengen, laten delen in het verbond, de vriendschap met God. Wat een rijkdom, wat een hoop voor ons allen.
De ontmoeting met Jezus. Er is ook de ontmoeting met Hanna, een profetes, dat wil zeggen een vrouw die waarheid spreekt, die ook weet te wachten en op het juiste moment het woord neemt. Dat zou je wellicht de wijsheid van het ouder worden kunnen noemen: dat je weet te zwijgen, niet steeds de confrontatie zoekt; dat je het geduld opbrengt en weet te wachten tot de dag en het uur is gekomen om een waar woord te spreken. Dat doet Hanna. “Zij sprak over het Kind tot allen die de bevrijding van Jeruzalem verwachtten.”
Daarvoor is het Kind geboren en het heiligdom binnentreden, “de Heer die wij zoeken, de engel van het verbond,” noemt de profeet Maleachi Hem. De Hebreënbrief zegt ons vandaag dat Hij, Christus, de Zoon van God, familie van ons is geworden. Laten wij Hem proberen te ontmoeten in ons leven, elke zondag weer in dit huis, en elke dag van ons leven. Amen.