Verkondiging in de Sint Jansbasiliek, 6/7 december 2025.
Tweede zondag van de Advent[1]
Hier in Laren vieren wij sint Johannes de Doper altijd uitbundig op of rond 24 juni, zijn geboortedag, ons patroonsfeest, waarbij wij feestelijk, zingend en biddend in processie uittrekken. Maar ook op deze tweede zondag van de Advent staat Sint Jan centraal. Wij zijn vandaag ver voorbij zijn zomerse geboortefeest en wij ontmoeten de Doper als een volwassen man. De prille vreugde om zijn geboorte uit de oude Elisabeth en Zacharias, die de blijde dankbaarheid beleefden van ouders te worden op gevorderde leeftijd, toen zij het niet meer verwachtten, – die vreugde is allang voorbij.
Het kind is zo bijzonder geworden als zijn geboorte al was, hij is uitgegroeid tot een welhaast oud-testamentische profeet. Ja, hij is de scharnier tussen oud en nieuw. Johannes laat de oude wereld letterlijk en figuurlijk achter zich. Hij woont niet in een burgerlijk huis, hij probeert te overleven in de woestijn, op een dieet van sprinkhanen en wilde honing. Een onaangepaste figuur, die overigens past in de oude traditie van het Godsvolk, namelijk wèg te trekken uit een verslavende wereld en onderweg te gaan naar een land, een leven in vrijheid. Die beweging duidt het evangelie aan met het Griekse woord ‘metanoia’, omkeer, bekering.
Ieder van ons maakt wel ooit een woestijnperiode mee in haar of zijn leven, waarin je vertrouwde leven je uit handen valt en je je moet omkeren naar een nieuw perspectief.
Gelovigen, wij zijn mensen die ervaren en weten: wij leven hier in deze wereld met al haar gewoonten en meningen, maar wij weten dat ons bestaan daarmee niet samenvalt. Dat er een bestaan is en op ons wacht dat daar bovenuit gaat, dat méér is dan al dit zichtbare. Daarnaar kun je je richten, je wenden, daartoe kun je je bekeren. Sint Jan voelde dat meer dan anderen aan en hij leefde er ook naar. Heel zijn verhaal ging daar over. Dit verhaal luidt (u hoorde het): “Bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabij.”
Elk jaar vieren wij weer de advent om daar werk van te maken, van bekering, inkeer, uitzien, verlangen, verwachten.
Wat hebben wij dan te verwachten? Even later zal Johannes het zeggen, wanneer hij Jezus ziet aankomen: “Zie het Lam Gods”, “Ecce, Agnus Dei”, dat is de wapenspreuk van onze honderdjarige Sint Jansbasiliek. Wij verwachten geen spektakel, wij leven niet uit een hoogdravende ideologie. Wij verwachten een Mens, die Johannes ons aanwijst, die komen zal.
Volgens het evangelie heeft Johannes geen gemakkelijk leven. Hij is ‘de stem van een roepende in de woestijn.’
Wij gebruiken deze uitdrukking uit de profeet Jesaja voor een mens die vergeefs staat te roepen. Iemand die geen publiek heeft, geen applaus krijgt, veel teleurstelling te verwerken krijgt. Het is het lot van de profeet, die zegt wat gezegd moet worden, die waarheid spreekt, betekenisvolle woorden laat horen, maar nauwelijks gehoor vindt. Het lot ook wel een beetje van de geloofsgemeenschap in onze wereld. Zij koestert een waardevolle, rijke, verlossende boodschap, het Woord van God zelf, maar vindt weinig gehoor. Mensen leven er langs en soms doen wij gelovigen dat ook.
De geloofsgemeenschap krijgt pas gehoor, als zij niet sombert en alleen maar met zichzelf en haar teleurstellingen bezig is, maar wanneer zij werkelijk iets te melden heeft. Zoals Johannes de Doper. Want het wonder geschiedt, hij hoeft niet naar de steden en dorpen te gaan om de mensen tot bekering en doopsel te bewegen, zij komen integendeel naar hem toe, zij zoeken de woestijn op met daarin zijn profeet.
Wij zien dat ook wel in onze dagen. In heel West-Europa en Noord-Amerika, die stap voor stap verloren leken voor het geloof, steeds meer zijn geseculariseerd, is een bescheiden maar niet te negeren beweging gaande van mensen, vooral jongeren, die zich wenden tot het geloof. Zij zijn niet voldaan met het bestaan zoals het hun is aangeboden, hoe welvarend en van alle gemakken voorzien dat ook is. In die overvloed van ons deel van de wereld schuilt ook iets van ongemak, oppervlakkigheid, leegheid. Is dít nu werkelijk leven?
Kennelijk voldoet het voor velen van ons niet, want terwijl wij leven van alle gemakken voorzien buigen wij ons over schermen om uren per dag te verwijlen of weg te dromen in een tweede digitale leven, waar al mijn vragen, fantasieën en ideeën kunstmatig kunnen worden bedacht en beantwoord. Uiteraard moet het internet niet worden afgewezen, maar in deze advent wordt van ons weer gevraagd ons te bekeren, ons om te keren en ons te keren naar elkaar, in het nu te leven, ons te laten dopen, dat betekent weer de diepte in te gaan en Hem te verwachten die ons niet doopt met water maar met Heilige Geest en met vuur.
Daarvoor bidden wij vandaag samen met- en op voorspraak van Sint Jan: dat wij weer begeesterde mensen worden, vol vuur om het ware leven, ware medemenselijkheid voor elkaar, onze naaste en voor mensen ver weg.
Zo gaan wij deze weken van advent Christus, Kerstmis tegemoet, Christus die in ons leven geboren wil worden, tot leven wil komen, die ons zo nabij zal komen als een Mensenkind, en Die in deze eucharistie zo nabij komt als gebroken Brood dat ons als een Lichaam voedt.
Amen.
pastoor Nico van der Peet
[1] Jesaja 11, 1-10; Romeinenbrief 15, 4-9; Matteüs 3, 1-12























