Nieuw pijporgel voor de Parochiegemeenschap Sint Jan

Enige Historie

Bij vervanging van de Waterstaatkerk door het huidige kerkgebouw van architect W. Te Riele in 1925 werd het oude pijporgel van de Utrechtse orgelmaker Gideon Thomas Bätz overgeplaatst. De kerk verkreeg in 1937 het predikaat ‘basiliek’. In de Tweede Wereldoorlog werd het orgel vervangen door een orgel van Verschueren. Dit gebeurde door schaarste met minder goede materialen. Al na enkele decennia werd vastgesteld dat het orgel vervangen moest worden. Dat gebeurde in 1974, toen het oude pijporgel werd vervangen – ongetwijfeld om budgettaire redenen – door een elektronisch orgel van Heijligers.
De levensduur van een elektronisch orgel is normaal 15 à 20 jaar. Er deden zich in 1990 enkele vervelende storingen voor.

Vertraging

Het werk van de orgelcommissie kon jarenlang niet worden bekroond met een besluit van het parochiebestuur tot de aanschaf van een pijporgel over te gaan. De commissie zag geen kans een orgelkeuze te doen beneden het bedrag dat het toenmalige parochiebestuur als uiterste aanschafprijs had gesteld. Bovendien kon de restauratie van de twee torens van de basiliek waarover de discussie begonnen was in 1992 geen uitstel lijden. Het parochiebestuur achtte op dat moment naast de restauratiekosten de met aanschaf van een pijporgel gemoeide uitgaven niet verantwoord. In 1995 werd met de restauratie van de torens begonnen. Na de voltooiing van de restauratie van de beide torens van de basiliek heeft de orgelcommissie in het begin van 1997 haar werkzaamheden hervat.

Orgelcommissie

Het parochiebestuur heeft naar aanleiding van de storingen en de mening van deskundigen over de levensduur van het elektronisch orgel in september 1991 een orgelcommissie ingesteld teneinde het bestuur te adviseren over de aankoop en de plaatsing van een pijporgel. Die commissie onder voorzitterschap van mr. B. A. Schmitz, oud voorzitter van de KRO, oriënteerde zich op de nieuwbouw van een pijporgel alsmede de mogelijkheden om een bestaand orgel over te nemen en eventueel aan te passen, begeleid door Ton van Eck, adviseur van de Katholieke Klokken- en Orgelraad (K.K.O.R.) en Bob Stegenga, adviseur van het parochiebestuur.

Besluitvorming

In 1993 had de orgelcommissie een eerste rapport uitgebracht en het parochiebestuur geadviseerd het electronicum te vervangen door een pijporgel met 31 registers en daarvoor het orgel van de kerk van de H. Johannes de Doper te Amsterdam-Slotervaart (20 registers) dat te koop was als basis te nemen. Dat orgel was oorspronkelijk afkomstig uit de kerk van St. Willibrord buiten de Veste te Amsterdam. Meer dan honderd jaar geleden gebouwd door Adema, werd het omschreven als romantisch, met een brede klank en goed passend in het voor de basiliek in Laren karakteristieke Interbellum. Het had voor de Sint Jansbasiliek gebouwd kunnen zijn. Het parochiebestuur volgde het advies van de commissie op en nam het orgel van de kerk van de H. Johannes de Doper te Amsterdam-Slotervaart na gunning in 1997 over.
Het eindrapport van de orgelcommissie verscheen in 1998. Dit bevat als belangrijkste conclusie, dat de koorzolder de beste locatie is voor het orgel. De speeltafel zijn plaats op de begane grond achter in de kerk krijgen samen met de plaats voor het koor.

De kroon op het werk

Het nieuwe pijporgel van de Sint Jansbasiliek is een uitgebouwde versie van het oorspronkelijke Adema orgel uit de Willibrord buiten de Veste. Het heeft ook vrijwel hetzelfde front en mag een replica genoemd worden waarin nog veel originele delen verwerkt zijn. Het hergebruik van genoemd orgel heeft de totale kosten van het nieuwe orgel, dat 32 registers heeft gunstig beïnvloed. Het orgel is gebouwd door Adema’s Kerkorgelbouw (Ronald van Baekel en Lex Lases).
Het nieuwe pijporgel completeert de basiliek die sinds 1998 de status van Rijksmonument heeft.

Dank zij velen

De (her)bouw van het nieuwe pijporgel is het resultaat van de onvermoeibare inzet en de toewijding van velen gedurende een lange periode. Daarnaast hebben velen financieel bijgedragen. De financiële middelen voor de (her)bouw van het orgel werden verkregen uit fondsenwerving, een openbare veiling van ingebrachte goederen, een actie onder de parochianen en anderen en het orgelfonds van de parochie.

En dan is het zover…

Op Pinksterzondag 19 mei 2002 werd het orgel tijdens de Plechtige Hoogmis om 9.00 uur ingezegend door Pastoor J. Vriend. Vervolgens werd het orgel op dezelfde dag met een feestelijk concert officieel in gebruik genomen.
Tijdens dit orgelconcert werd het orgel bespeeld door Ton van Eck, titulair organist van de Kathedrale Basiliek St. Bavo te Haarlem, tevens betrokken adviseur van de Katholieke Klokken- en Orgelraad, Ronald van Baekel, organist van de HH. Laurentius en Elisabeth-Kathedraal te Rotterdam, directeur van Adema’s Kerkorgelbouw en Wybe Kooijmans, organist van de Grote of St. Vituskerk te Naarden.